Stedenbouwkundige voorschriften
Hoofdbestemming: Enkel ééngezinswoning, met inbegrip van zorgwoning
Inplanting: Op het verkavelingsplan wordt de zone voor het hoofdgebouw vastgesteld. De achteruitbouwstrook is minstens 8m breed. De voorste grens van de bouwzone is een uiterste bouwlijn. De voorgevellijn van de woning mag zich maximaal 2m achter deze bouwlijn bevinden. De zijdelingse bouwvrije stroken zijn minstens 3m breed. De woning heeft een maximale bouwdiepte van 15m op gelijkvloers en 12m op het verdiep, binnen de op het verkavelinsplan aangeduide bouwzone.
Gabarit: - Kroonlijsthoogte: Max. 5.50m gemeten t.o.v het bestaande maaiveld, in het midden van de voorgevel van de ontworpen woning. - Dakvorm: Het hoofdgebouw wordt gerealiseerd met 4 hellende dakvlakken, met een helling tussen +/- 30° en 40°, in de vorm van een piramide-of schilddak. Ook platte daken, of delen van het gebouw met een plat dak zijn toegelaten.
